Zaterdag 14 mei 2016
Deze dag hebben we voornamelijk in de auto doorgebracht. Het was eigenlijk de bedoeling om via de Tioga Pass naar Yosemite National Park te rijden, maar we wisten al op voorhand dat er een risico bestond dat die weg nog niet open was en in dat geval zouden we een 3tal uur extra moeten omrijden via de CA-108. Dachten we… Die weg bleek namelijk ook nog niet open te zijn en dus moesten we nog eens extra omrijden via de CA-89 en CA-4. Ik denk dat we uiteindelijk rond de 7 à 8 uur in de auto hebben doorgebracht.
Het is een raar idee dat we gisteren nog in temperaturen van bijna 40° Celsius rond reden en dat we nu zo ver moeten omrijden door de sneeuw.
We zijn vroeg opgestaan om er goed op tijd aan te kunnen beginnen en iets na 8 uur waren we al bij Mono Lake. Dit meer is bekend om zijn grillig gevormde zoutpilaren. Omdat het waterpeil enorm gezakt is, zijn deze pilaren zichtbaar geworden. Een groot deel van die pilaren staan nu ook gewoon op de oever en je kan er tussen wandelen. We hebben eerst ons ontbijt dat we die ochtend in de Starbucks hadden gekocht, opgegeten aan een picknicktafel naast de parkeerplaats. We waren er toen de enige mensen en ook toen we aan de wandeling begonnen, waren we nog alleen.
Het meer en de zoutpilaren waren prachtig om te zien, maar we hadden enorm veel last van kleine insecten die met honderden tegelijk op ons kwamen zitten en ons beten. Toen we het later aan de medewerker in het visitor center in Lee Vining vroegen, bleek dat die beestjes er maar een bepaalde periode zitten. Verkeerd moment uitgekozen om Mono Lake te bezoeken dus. De omgeving was echt fantastisch mooi, maar omdat we moesten vluchten voor de vliegjes, hebben we er niet zo van kunnen genieten.
We besloten om Bodie State Historic Park ook mee in de route op te nemen. Dit was wel nog eens een extra omweg van een uur, maar we verwachtten wel dat het de moeite zou zijn. Bodie is een ghost town. Vroeger woonde hier een 10.000 man ten tijde van de goudkoorts, maar toen er minder goud gevonden werd en de stad ook getroffen werd door twee branden, stierf Bodie uit tot uiteindelijk de laatste bewoner de stad verliet. Er staan nu nog 5 % van de oorspronkelijke gebouwen.
Er liep een beetje te veel volk rond om echt dat ghost town gevoel te krijgen, maar we vonden het wel leuk om de gebouwen te zien en om er even rond te wandelen.
Na deze stop hebben we verder vooral veel gereden. We moesten weer over een bergketen passeren, dus het was weer veel stijgen en dalen langs zigzagwegen. Ik heb ook een stukje gereden, maar enkel op een rechte weg. Dat ging nog wel. Tony mocht de bergwegen voor zijn rekening nemen.
De omgeving was weer prachtig om te zien. We kwamen nog veel sneeuw tegen en omdat deze aan het smelten was, zagen we regelmatig kleine watervalletjes en bergmeertjes langs de weg.
Bij een mooi groot meer zijn we nog even uitgestapt.
Toen we dan uiteindelijk in Yosemite National Park aankwamen, werd de omgeving alleen maar mooier.
We zijn nog een paar keer gestopt op weg naar onze overnachtingsplaats.
We zagen onder andere El Capitan en een paar mooie watervallen. Omdat er blijkbaar veel smeltwater is van de sneeuw die tijdens de winter is gevallen, zijn de watervallen nu enorm groot (volgens een buschauffeuse het grootst in 6 jaar).
We slapen in Curry Village in een heated tent en we moeten al onze etenswaren en toiletgerief (alles waar een geur aan zit) opbergen in een bear box die voor onze tent staat. We mogen ook geen eten of toiletgerief in de auto laten liggen, en als je de foto’s ziet van beren die een auto hebben proberen open breken (en erin slaagden ook), dan luister je wel naar deze raad. De bear boxen hebben een speciaal slot (je moet je hand er insteken en dan een hendel omhoog duwen) zodat de beren dit niet kunnen openen. Als de beren leren dat er eten te krijgen is in de tentenkampen, worden ze een gevaar voor de mensen en moeten ze worden afgemaakt. Je wilt natuurlijk ook niet dat er ’s nachts een beer in je tent komt, dus we hebben braaf alle instructies opgevolgd.